Bij het lezen van je vraag zie ik dat ik te losjes en niet goed geformuleerd heb. De term 'puur individueel' kan de indruk geven dat ik de individuele en sociale ervaring totaal los van elkaar zie. Dat is niet het geval. Ik zie ze als onderdeel van dynamisch evenwicht, in die zin dat verandering van de individuele ervaring gepaard gaat met verandering van de sociale ervaring. Ik zie ze los van elkaar, maar gelijktijdig ook onlosmakelijk verbonden met elkaar en in een groter geheel.
Waar ik eig naar toe wilde is dat zo'n onderzoek naar de concepten pijn en eenzaamheid het waarschijnlijk moeilijk gaat krijgen met het formuleren van meetbare definities. Aantonen dat fysieke en psychosociale pijn van soort gelijke aard is een uitdaging, maar om terug te komen op de post die ik net gedaan heb in 'linker hersenhelft... pijn en eenzaamheid zijn 'macrosopische' ervaringen. Om macroscopische ervaringen te begrijpen is basiskennis nodig.. oa van hoe die macroscopische ervaringen tot standkomen, dwz uit welke microscopische ervaringen die macro ervaringen opgebouwd zijn.
Dit is ook de rede dat ik die empathogenen speciaal erbij gehaald heb. De empathogenen kunnen verschillende gradaties van sociale optimalisatie bewerkstelligen... omdat de psychologische ervaring zich manifesteert 'onder' die empathogene toestanden, kun je de empathogenen volgens mij gebruiken in het definiëren van een nul-punt. Andere farmaceutica (zoals sedativa en stimulantia) kun je dan gebruiken om metriek te bepalen waaraan individuele ervaring voldoet